TEUNISSEN T (2000) Natuurontwikkeling Gelderse Poort. LIMOSA 73 (4): 153-154.
De Gelderse Poort is het gebied dat ligt tussen de
steden Arnhem, Nijmegen en Emmerich/Kleve en
vormt de top van de Rijndelta. Globaal bestaat de
Gelderse Poort uit drie delen: het binnendijkse
laagdynamische Rijnstrangengebied, de Ooypolder
met de Waaluiterwaarden en het kleinschalige
cultuurlandschap van de Duffelt. In de Gelderse
Poort wordt in het Rijnstrangengebied en in de uiterwaarden
natuurontwikkeling uitgevoerd. Gestreefd
wordt naar meer complete, zelfregulerende
natuurgebieden. Andere doelen zijn verlaging van
hoog water in de rivieren en voorziening van delf- stoffen (klei, zand en grind). In de praktijk betekent
dit dat landbouw in de meeste uiterwaarden verdwijnt
en grote delen van uiterwaarden afgegraven
worden. Ais gevolg hiervan ontstaat een meer dynamisch
milieu onder invloed van de rivier. Voor
flora en fauna heeft de natuurontwikkeling grote
gevolgen. Door de ontwikkeling van meer natuurlijke
rivieroevers en lagere uiterwaarden ontstaan er
meer pioniervegetaties. Op minder dynamische
plekken komen moerassen en ooibossen tot ontwikkeling.
Op hogere uiterwaarden ontstaan droge
graslanden afgewisseld met struweel en hardhoutooibos.
In de laagdynamische binnendijkse terreinen
zullen ook rietmoerassen ontstaan. In een aantal
bekade uiterwaarden blijft de landbouw
aanwezig, maar er wordt gestreefd naar een meer
natuurgerichte landbouw
[gratis pdf] [english summary]
|