OOSTEN H.H. VAN, VERSLUIJS R, & WIJK R. VAN (2014) Twee Nederlandse Tapuiten in de Sahel: trekroutesen winterlocaties ontrafeld. LIMOSA 87 (2): 168-173.
Tapuiten zijn sterk afgenomen in Nederland
zonder dat de onderliggende oorzaken goed
bekend zijn. Stichting Bargerveen en Sovon doen
onderzoek in de Nederlandse broedgebieden,
maar gezien de grootschalige veranderingen in de
Afrikaanse Sahel zou de verklaring ook deels
kunnen liggen in de overwinteringsgebieden of
op pleisterplaatsen gedurende de trek. Maar waar
liggen die voor onze resterende duin- en
heitapuiten? Met behulp van geolocators hebben
wij de trekroutes en winterlocaties achterhaald
van twee Nederlandse Tapuiten.
In enkele decennia is het aantal broedende Tapuiten Oenanthe
oenanthe sterk afgenomen in Nederland (Sovon
2002, Boele et al. 2012). Hoewel de afname sinds 1980 ongeveer
80% bedraagt (van 1900-2500 broedparen rond 1980
tot 250-290 nu) zijn de onderliggende oorzaken niet goed
bekend. Vergrassing door vermestende eff ecten van atmosferische
stikstofdepositie heeft geleid tot een afname van
de geprefereerde korte vegetaties in met name kustduinen.
Tapuiten zijn morfologisch aangepast aan korte, open vegetatie
(Kaboli et al. 2007) en kunnen in hogere grasvegetaties
nauwelijks uit de voeten. Ook de sterke afname van het Konijn
Oryctolagus caniculus kan een rol hebben gespeeld: niet
alleen houdt hun gegraas de vegetatie kort maar ook voorzien
hun holen in nestplaatsen voor Tapuiten. Toch zijn er
nog verschillende terreinen waar de vegetatie geschikt lijkt
en Konijnen even talrijk voorkomen als in bijvoorbeeld het
Vogelduin in het Noordhollands Duinreservaat, waar Tapuiten
nog steeds broeden. Er lijkt dus meer aan de hand te zijn
dan ontoegankelijkheid van de vegetatie en het ontbreken
van nestgelegenheid.
Het ontrafelen van knelpunten voor deze soort is doel
van gezamenlijk onderzoek door Stichting Bargerveen en
Sovon. Hiertoe worden in drie populaties de populatieontwikkeling
en de daarvoor verantwoordelijke parameters
immigratie, emigratie, geboorte en sterfte onderzocht door
middel van kleurringstudies. Ook zoeken we naar ecologische
oorzaken van patronen in genoemde parameters, zoals
voedselaanbod en dieet. Dit is een complexe puzzel, onder
andere omdat tapuitenproblemen zich niet alleen in Nederland
kunnen voordoen maar ook onderweg tijdens de trek
of in het overwinteringsgebied in Afrika. Over waar de Nederlandse
Tapuiten buiten het broedseizoen uithangen weten
we hoegenaamd niets, ondanks het feit dat de vogels
slechts vijf maanden per jaar in Nederland verblijven. Dat
Nederlandse Tapuiten in Afrika overwinteren lijkt zeker; alle
Tapuiten overwinteren immers in Afrika, zelfs vogels uit de
uithoeken van het broedareaal zoals Oost-Canada en Alaska
(Moreau 1972, Bairlein et al. 2012, Schmaljohann et al. 2012).
Er zijn echter tot nu toe bijvoorbeeld nog geen ringterugmeldingen
van Nederlandse Tapuiten bekend uit het overwinteringsgebied
(Speek & Speek 1984, www.griel.nl). Dit
is een gemis, omdat nogal relevant is waar de Nederlandse
Tapuiten precies in Afrika overwinteren. Immers, habitatveranderingen
lijken in de westelijke Sahel veel groter dan in
oostelijker delen door een veel sterkere bevolkingsgroei in
West-Afrika (Zwarts et al. 2009). Het is in dit verband opvallend
dat Tapuiten in West-Europa afnemen terwijl populaties
in Oost-Europa stabiel zijn (BirdLife International 2004).
Aangenomen wordt dat Westeuropese broedvogels in West-
Afrika overwinteren en Oosteuropese broedvogels in Oost-
Afrika (Glutz & Bauer 1988, Förschler & Bairlein 2011, Collar
2005). Pas wanneer we een idee hebben waar onze duin- en
heitapuiten de winter doorbrengen kunnen eventuele effecten
van veranderingen in de Sahel in kaart worden gebracht.
In dit artikel publiceren we voor het eerst de trekroutes
en overwinteringsgebieden van twee Nederlandse Tapuiten,
bepaald met behulp van geolocators. Deze dataloggers zijn
dermate licht van gewicht dat ze, als rugzakje vastgemaakt,
sinds enkele jaren zelfs bij zangvogels kunnen worden gebruikt
om trekroutes en overwinteringsgebieden te bepalen
(Stutchbury et al. 2009).
[pdf alleen voor leden] [english summary]
|