MEININGER PL & TER KEURS WJ (2001) Slaaptrektelling van Bonte Kraai Corvus cornix bij Den Haag in 1974. LIMOSA 74 (2): 66-68.
Nog niet zo langgeleden waren Bonte Kraaien in
grote delen van Nederland algemene doortrekkers
en wintergasten. De laatste decennia zijn de aantallen
echter sterk afgenomen. Buiten de Waddeneilanden,
de Lauwersmeer en omgeving en Midden-
Drenthe zijn waarnemingen tegenwoordig vrij
uitzonderlijk (Bijlsma et af. 2001). In ZW-Nederland
gaat het de laatste jaren om hooguit enkele tientallen
vogels. Deze afname werd door Meininger &
Slob (1983) vooral toegeschreven aan een verandering
in de trekgewoonten van de Scandinavische
en Finse populaties van de Bonte Kraai,
waardoor steeds meer Bonte Kraaien in de nabijheid
van hun broedgebieden overwinteren in
plaats van weg te trekken.
Tot ver in de jaren zeventig was de Bonte Kraai
in vrijwel geheel Zuid-Holland een algemene verschijning
tussen half oktober en begin april. Tegenwoordig
ontbreekt de soort er in de winter nagenoeg,
terwijl ook doortrekkers uiterst schaars
zijn geworden. Concrete aantalsopgaven met betrekking
tot overwinteraars in Zuid-Holland uit de
periode dat Bonte Kraaien nog algemeen waren,
ontbreken echter vrijwel. Daarom leek het zinvol
een manuscript dat al ruim 25 jaar "op de plank"
lag nieuw leven in te blazen, en zo een telling van
een slaapplaats kraaiachtigen nabij Den Haag in
februari 1974 aan de vergetelheid te ontrukken.
Bonte Kraai Corvus cornix = Corvus corne cornix
[gratis pdf] [english summary]
|