JUKEMA J, K GROENENDIJK & P VAN DER WERF (2010) Huismus voert nestjongen van Huiszwaluw. LIMOSA 83 (1): 36-38.
In de zomer van 2009 zag één van ons bij het filmen van een
paartje Huiszwaluwen Delichon urbica dat hun nestjongen
aan het voeren was dat een vrouwtje Huismus Passer domesticus
dezelfde jongen voerde. Omdat wij dit gedrag niet
kenden hebben we het beschreven in vier korte perioden
op 21 juni, 7 en 9 juli. In de literatuur is het voeren van jonge
Huis zwaluwen door Huismussen wel bekend, maar gedetailleerde
waarnemingen hierover zijn schaars (Glutz von
Blotzheim 1997). Onze waarnemingen werden gedaan in
Oosterbierum, een dorp in Noordwest-Friesland. Het nest
bevond zich onder de daklijst op de tweede draagbalk vanaf
de nok van een woning en maakte deel uit van een kolonie
van 15 nesten verdeeld over enkele woningen. In de directe
omgeving zullen ook wel Huismussen broeden in daarvoor
geschikte nestgelegenheden in woningen en schuurtjes,
maar concrete waarnemingen hiervan hebben we niet.
Het vrouwtje Huismus werd voor het eerst opgemerkt op
21 juni om 14u45. Zij nam op korte afstand van het nest
plaats en vloog vervolgens naar het nest en voerde de drie
aanwezige jongen. Er werd afwisselend door de ouders en
het mussenwijfje gevoerd.
Op 7 juli waren er nog steeds drie jongen. Tussen 10u00 en
10u15 bracht het vrouwtje Huismus zes maal voer aan. Na
een regenbui van een kwartier waarin de jongen niet werden
gevoed verbleef zij van 10u30 tot 10u45 in het nest. Tussen
10u45 en 11u00 voerde zij opnieuw zes maal. In dit uur
werden de huiszwaluwenouders niet waargenomen. Tijdens
een tweede waarneemperiode later op de dag, tussen
15u25 en 16u10, voerden zowel de Huismus (26x) als de volwassen
Huiszwaluwen (5x) de jongen. Het door de Huismus
aangebrachte voer bestond ten minste gedeeltelijk uit
broodkruimels die door een buurvrouw werden verstrekt.
Vanaf 16u10 verbleef de Huismus weer 25 minuten in het
nest. 's Avonds werd opnieuw een periode gepost. Tussen
20u00 en 21u00 werden de jongen zes keer gevoerd door de
Huismus en 14 keer door de Huiszwaluwen. In het uur daarna volgden nog negen voerbeurten door de Huis zwaluwen.
Om 22u10 vlogen beide zwaluwenouders nog op korte afstand
rond, maar was het nest opnieuw bezet door de Huismus.
Om 22u45 was zij nog steeds in het nest aanwezig en
we vermoeden dat ze er de nacht heeft doorgebracht.
Op 9 juli was er nog maar één jong in het nest aanwezig.
De andere twee hadden het verlaten en verbleven waarschijnlijk,
zoals gewoonlijk, in de directe omgeving van de
broedplaats. Om 14u00 werd gezien hoe na een regenbui
één van de huiszwaluwenouders het nest verliet. In de volgende
drie kwartier werd het achtergebleven jong slechts
één keer gevoerd, door het vrouwtje Huismus, maar in de
tien minuten daarna gebeurde dat nog eens tien keer. Opnieuw
werden hierbij broodkruimels aangebracht.
We vatten het gedrag van de ouders en het mussenwijfje
kort samen. De volwassen Huiszwaluwen werden tijdens de
buiige waarnemingsperiode op 7 juli 's morgens niet bij het
nest waargenomen. 's Middags, toen het droog was, werd op
een laag pitje gevoerd. 's Avonds was de voerfrequentie hoger.
Op 9 juli, toen er nog één jong in het nest was, werd dit
jong niet meer door de eigen ouders gevoerd.
De huiszwaluwjongen werden steeds door één vrouwtje
Huismus gevoerd, waarschijnlijk hetzelfde individu. Bij aankomst
daalde ze eerst op een vaste plek, een schutting onder
het nest, om van daaruit naar het nest te vliegen. Het
vrouwtje voerde de jongen vanuit dezelfde positie als de
zwaluwouders (zie foto). Bij een voerbeurt werden wisselend
één of meer jongen gevoerd. Er was duidelijk communicatie
tussen de pleegmoeder en de jongen. Zodra zij had
plaatsgenomen op de schutting of buiten het zicht van de
jongen boven het nest op de rand van de uitstekende daklijst
riep ze, waarop de drie jongen aan de nestrand verschenen
en reageerden met de bedelroep.
Wij namen geen agressie waar tussen de Huismus en de
huiszwaluwouders. Opmerkelijk was dat tijdens het voeren
door de mus de beide huiszwaluwouders niet werden opgemerkt.
Waarschijnlijk wachtten zij op korte afstand hun
beurt af. Dit veronderstelt dat het vrouwtje Huismus dominant
was. Ook het geregeld bezetten van het nest op 7 juli is
een indicatie van de dominantie van de mus.
Bij vogels komt het regelmatig voor dat het voederen
van jongen wordt overgenomen door pleegouders, al of
niet van dezelfde soort als de jongen. Dit gaat vaak samen
met het verlies van eigen jongen door de pleegouders, bij
wie de drang om te voederen nog sterk aanwezig is. Het
komt dikwijls voor bij vogels die in kolonies broeden, zoals
Zeekoeten Uria aalge (Welty 1962) en Zilvermeeuwen Larus
argentatus (Graves & Whiten 1980), onder invloed van hoge
broeddichtheden en het synchroon uitkomen van de eieren.
Keizerpinguïns Aptenodytes forsteri vertonen ook een dergelijk
gedrag. De eieren worden alleen door de mannetjes bebroed,
en met het synchroon uitkomen van de eieren worden
de kuikens overgenomen door de vrouwtjes. Tijdens de
overdracht in een dicht opeengepakte kolonie raakt altijd
een aantal kuikens de ouders kwijt. Zulke kuikens worden
vooral geadopteerd door vrouwtjes waarvan het broedsel
verloren is gegaan of door niet gepaarde subadulte vrouwtjes
(Jouventin et al. 1995). In een overzichtsartikel over interspecifieke
verzorging van nestjongen door Shy (1982)
worden 65 vogelsoorten genoemd waarbij dit soort gedrag
is waargenomen. Bij de Huismus is het voeren van jongen
van een andere soort, alleen of samen met de eigen ouders
zoals in ons geval, ook vaker gezien. Dikwijls betreft het holen-
of halfholenbroeders zoals Koolmees Parus major en
Pimpelmees Cyanistes caeruleus, Gekraagde Roodstaart
Phoenicurus phoenicurus, Grauwe Vliegenvanger Muscicapa
striata, Spreeuw Sturnus vulgaris en Huiszwaluw (Glutz von
Blotzheim 1997). Dat de Huiszwaluw dikwijls de klos is, is begrijpelijk
omdat beide soorten in holen broeden en in elkaars
nabijheid nestelen. Huismussen broeden zelfs dikwijls
in oude Huiszwaluwnesten (Maréchal 1986). Cramp (1998)
vermeldt dat de Huismus een geduchte nestplaatsconcurrent
is die veelvuldig de nesten van Huiszwaluwen onteigent
en daarbij vaak eieren en kuikens vernietigt.
Dat het vrouwtje Huismus dominant was over de Huis zwaluwen
zal samenhangen met haar grotere afmetingen en gewicht,
ruim 30 g tegenover krap 20 g voor de Huis zwaluw.
Daardoor kon zij waarschijnlijk het nest ook 's nachts bezetten
en er in slapen. Gewoonlijk overnachten bij de Huiszwaluw
de ouders en jongen gezamenlijk in het nest.
Ook de aard van het voedsel dat het vrouwtje Huismus
aanbracht is een interessant punt. Huiszwaluwen voeren
hun jongen met luchtplankton dat grotendeels uit insecten
bestaat. Huismussen voeren hun nestjongen ook overwegend
(90-95%) met insecten (Cramp 1998) en deze zijn waarschijnlijk
ook geschikt voor Huiszwaluwen. Wij zagen echter
meerdere malen dat ons vrouwtje Huismus frequent de jonge
Huiszwaluwen voerde met broodkruimels. Dit type voedsel
zullen ze van nature nooit krijgen maar schijnbaar hebben
ze er geen last van gehad.
[pdf alleen voor leden] [english summary]
|