OTTENS G (2003) Achtergrond en ontwikkeling van de Nederlandse populatie Huiskraaien Corvus splendens. LIMOSA 76 (2): 69-74.
De Huiskraai is één van de weinige soorten die zich zelfstandig
tot ver buiten zijn oorspronkelijke verspreidingsgebied heeft gevestigd.
Meeliftend met schepen werden grote afstanden afgelegd.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat langs één van de
drukst bevaren scheepvaartroutes, de Nieuwe Waterweg bij
Hoek van Holland, Huiskraaien opdoken. Elders bleken dergelijke
vestigingen erg succesvol, maar tegelijk ook problematisch
vanwege effecten op andere soorten.
Dit artikel is bedoeld om de meest recente
broedgevallen van deze soort in Nederland te
documenteren alsmede enige achtergrondinformatie
over het voorkomen te verschaffen.
Vanuit het oogpunt van natuurbescherming is
het namelijk belangrijk de verdere aantalontwikkeling
goed te blijven volgen (van Dijk et al.
2001). Dit omdat in de meeste gekoloniseerde
gebieden is gebleken dat sommige inheemse
vogelsoorten in aantal afnemen (Madge & Burn
1994, Ryall 1992). Daarnaast bestaat bij sommigen
de angst dat Huiskraaien vanuit Nederland
Europa zullen 'veroveren'.
Huiskraaien komen voor in een uitgestrekt
verspreidingsgebied van Zuid-Afrika via het
Midden-Oosten tot in Zuidoost-Azië. De soort
heeft zijn oorsprong echter op het Indisch subcontinent
en oostelijk daarvan tot in Thailand.
Aan het eind van de 19e eeuw begonnen
Huiskraaien hun areaal uit te breiden, eerst
oostwaarts, daarna naar Oost-Afrika, Australië
en in de 20e eeuw ook naar Zuid-Afrika en het
Midden-Oosten (Ryall 1994). Deze nieuwe gebieden
werden vooral meeliftend op schepen
bereikt. Plaatselijk werden ook wel Huiskraaien
geïntroduceerd als afvalopruimers (Zanzibar,
Tanzania) of om insectenplagen tegen te gaan
(Maleisië). Inmiddels is de Huiskraai in meer
dan 25 landen buiten het oorspronkelijke broedgebied
vastgesteld. De soort is ook in enkele
andere Europese landen verschenen zoals
Ierland, Frankrijk, Spanje en Denemarken en
mogelijk in Polen, Hongarije en Groot-Brittannië.
Hier ging het tot dusver steeds om incidentele
gevallen van individuele vogels (Ryall 1995,
Ryall 2002, Ryall & Ottens 2003).
[gratis pdf] [english summary]
|