OUWENEEL GL (1992) Korte bijdragen: Visarenden Pandion haliaetus op de Ventjagersplaat. LIMOSA 65 (3): 125-126.
Onlangs was er een analyse van de via het Bijzondere Soorten Project van SOVON ingezamelde waarnemingen van Visarenden Pandion haliaetus (SavaN 1991). Daarbij kwam naar voren dat het hoge aantal visarendwaarnemingen in het SavaNdistrict Zuid-Holland-Zuid, de landelijke najaarspiek 1990 omhoog trok. Op en rond de Zuidhollandse Eilanden werden toen veel Visarenden waargenomen. Dit is al het geval sinds de sluiting van het Haringvliet in 1970, waardoor Biesbosch en Hollandsch Diep-Haringvliet vrijwel tijloos en zoet werden. Kennelijk werd hierdoor het gebied voor Visarenden aantrekkelijker (Ouweneel199l). Naast de Dordtse Biesbosch en de langs de noord oever van het Hollandsch Diep gelegen Hoogezandsche Gorzen, heeft vooral de Ventjagersplaat in het Haringvliet een belangrijk aandeel in het aantal visarendwaarnemingen. In tabell is over de periode 1984-91 hetjaarlijks aantal najaarswaarnemingen en het aantal waargenomen exemplaren alsmede de totale verblijfsduur van Visarenden op de Ventjagersplaat bijeengebracht. Hieruit blijkt dat nazomer 1991, toen vanaf 31 augustus tot en met 8 september drie Visarenden op de Ventjagersplaat pleisterden, een nieuwe piek opleverde. Overigens nam ik tussen 1971-91 slechts in vier nazomers, voor het laatst in 1983, op de Ventjagersplaat geen Visarenden waar Visarend Pandion haliaetus
[gratis pdf] [english summary]
|