SOVON (1985) Samenwerkende Organisaties Vogelonderzoek Nederland. Broedvogel- Monitoring-Project. LIMOSA 58 (4): 167-167.

In 1984 is een nieuw SOYON-project van start gegaan, het Broedvogel-Monitoring-Project (BMP). Met dit project wordt getracht meer grip te krijgen op de aantalsontwikkeling van vooral algemene broedvogels. Soortgelijke projecten zijn in sommige Europese landen reeds jarenlang in uitvoering en de resultaten ervan zijn vaak zeer indrukwekkend. Al geruime tijd werd met de gedachte gespeeld om een dergelijk project ook in Nederland op te zetten. In 1980 werd hiertoe de eerste stap gezet toen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zich tot SOYON wendde met het verzoek om in goede samenwerking na te gaan of en op welke wijze een BMP gerealiseerd zou kunnen worden. In 1982 en 1983 is door de wetenschappelijke begeleidingscommissie van SOYON een onderzoek ingesteld naar de mogeIijkheden, haalbaarheid en wijze van uitvoering van een monitoring-project voor broedvogels in Nederland. Door de commissie zijn onder andere de beschikbare inventarisatiemethoden op hun merites beoordeeld. Yerder zijn enquetes gehouden en praktijkproeven georganiseerd om meer inzicht te krijgen in de populariteit en efficientie van enkele inventarisatiemethoden. Eind 1983 kon de commissie concluderen dat gezien de behoefte aan deugdelijke gegevens over de aantalsontwikkeling van broedvogels in Nederland en gezien de resultaten van het onderzoek het wenselijk, mogelijk en haalbaar werd geacht om in ons land een broedvogel-monitoring-project uit te voeren. Het SOYON-bestuur kon de bevindingen van de commissie geheel onderschrijven en met ingang van 1984 was vogelend Nederland een broedvogelproject rijker. Inmiddels zijn we enkele jaren verder en zien we dat het BMP ligt ingebed in een uitgebreid onderzoekprogramma van SOYON, welk programma bestaat uit drie op elkaar afgestemde en langlopende projecten: het Bijzondere-Soorten-Project (BSP) voor zeldzame en schaarse broedvogels, het Punt-Transect-TeIIing (PIT) project voor algemene niet-broedvogels en het BMP voor algemene broedvogels (zie Limosa 58: 113116). In deze bijdrage wordt uiteengezet waarom de commissie heeft besloten om het BMP uit te gaan voeren met de territoriumkartering. Yoorts wordt uit de doeken gedaan hoe het BMP is opgezet en wordt uitgevoerd en wat de resultaten zijn na twee jaar inventariseren.

[gratis pdf] [english summary]