Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

VOOUS KH (1980) Personalia: In memorium John G. van Marle 1901 - 1979. LIMOSA 53 (1): 35-35.

Op 22 mei 1979 is na een kortstondige ziekte op bijna 78-jarige leeftijd overleden de heer J. G. van Marie, ere-lid van de Club van Nederlandse Vogelkundigen (Limosa 50,63-66,1977) en van 1944 tot 1957 bestuurslid en penningmeester van de Nederlandse Ornithologische Vereniging, later Nederlandse Ornithologische Unie. Johann (John) Gottlieb van Marie werd op 28 mei 1901 in Amsterdam geboren. Hij werd opgeleid voor de handel en trad vanaf 9 oktober 1922 in het spoor van zijn vader, H. W. van Marie, firmant van de uit 1725 daterende Handelsvereniging van Dudok de Wit & Co., aan de oude Vijgendam te Amsterdam. Van onderaf aan volgde hij hier een leerschool die uiteindelijk tot mede-firmant heeft geleid. Intussen ontwikkelde hij een goede kijk op de internationale groothandel, met name in cacao en suiker.
      Liefde voor de natuur, speciaal voor de vogels, heeft in het leven van Van MarIe een grote rol gespeeld. Deze door de preparateur van "Artis", P. L. Steenhuizen, en later door zijn oom Prof. Dr. L. F. de Beaufort gestimuleerde belangstelling, werd zoals bij vele anderen, een passie, die hem nooit heeft verlaten. Over de ornithologische bekwaamheden van Van Marie en wat hij op dit gebied heeft gedaan en bereikt rapporteerde ik uitvoerig drie jaar geleden. Daaraan behoeft thans weinig te worden toegevoegd, behalve dan misschien de herhaling dat hij zich sterk verbonden gevoelde met heden en verleden van de "Club van Nederlandse Vogelkundigen" en met het werk van de Commissie voor de Nederlandse Avifauna. Zijn bestuurslidmaatschap van de Stichting "P.A. Hens Memorial Fund", ter herdenking van zijn vriend en voorganger als voorzitter van de "Club", P. A. Hens, was voor hem dan ook meer dan een formele zaak. Ook is het zinvol te herhalen, dat zijn rol bij de Nederlandse Sectie van de Internationale Raad voor de Vogelbescherming (ICBP, CIPO), waarvan hij meer dan veertig jaar lid en verscheidene jaren vice-voorzitter was, groot is geweest. De essentie en de noodzaak van natuurbescherming zag hij in voor dat dit gemeengoed werd.
      Om een idee te geven van de andere terreinen waarop Van Marle zich heeft bewogen volgt hier een selectie van de functies die hij heeft bekleed: Lid en onder-voorzitter (vanaf 1962) van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam (1951-1972) en lid van acht van haar commissies. Bovendien benoemd of voorgedragen door de Kamer in nog eens tenminste dertien andere functies, waaronder bestuurslid van de Vereniging van Kamers van Koophandel en Fabrieken in Nederland (1962-1966), voorzitter van de Commissie Europese Aangelegenheden van de Vereniging van Kamers van Koophandel en lid van de Conference Permanente des Chambres de Commerce de la C.E.E. (vanaf 1963). Voorts ere-lid van de Nederlandse Cacao en Cacaoproducten Vereniging. De 8388 exemplaren tellende collectie vogelhuiden in 991 soorten, aanvankelijk het eigendom van het Ornithologisch Genootschap Sillem-van Marie, maar sedert de ontbinding van het genootschap (in feite 1 augustus 1959) bekend als de Collectie Van Marie, is de grootste en belangrijkste particuliere vogelcollectie die Nederland heeft gekend en is van internationale reputatie. Herhaald zij hier, dat de collectie a1s basis heeft de palaearctische collectie van R. C. E. G. J. Baron Snouckaert van Schauburg en de Centraal-Aziatische collectie van zijn neef J. A. Sillem, gemaakt tijdens de Derde Nederlandse Karakorum Expeditie 1929-1930, aangevuld met vele zelf verzamelde, gekochte en gekregen stukken. Speciaal daarvan genoemd mogen worden: de collectie Bisseling uit Portugal (1938), de collectie Coomans de Ruiter uit de Minahasa, Celebes, en vele stukken verzameld door Jhr. F. C. van Heurn in Sumatra, door G. A. L. de Haan in de Molukken, voornamelijk Halmaheira, door J. R. Laenen in Aigerije en de Hoggar, door H. Grlin in Spanje en zeevogels verzameld door H. F. van der Lee tijdens de eerste walvisvangstexpeditie van de "Willem Barendsz" (1946-1947).
      Het is een belangrijke bijdrage aan de ornithologische wetenschap in ons land, dat de erfgenamen de collectie met alles wat daarbij behoort aan het Instituut voor Taxonomische Zoölogie (Zoölogisch Museum) van de Universiteit van Amsterdam, waarvan Van Marie honorair wetenschappelijk medewerker was, heeft willen schenken. In dit instituut is ook de voormalige verzameling van het Koninklijk Zo61ogisch Genootschap "Natura Artis Magistra" ("Artis") te Amsterdam begrepen. Van Marie was zeer aan "Artis" verknocht en was daarvan lange jaren bestuurslid en later lid van verdienste.
      De prachtige ornithologische bibliotheek, grotendeels ondergebracht in de stijlvolle werkkamer op "Oud Crailoo" met de levensgrote copie van Melchior d'Hondecoeter's "Het Veertje" boven de grote schouw, bevatte zulke zeldzame werken als J. B. Audebert & L. J. P. Vieillot, "Oiseaux dores" (1802), Franyois Levaillant, "Histoire naturelle des oiseaux de Paradis et des Rolliers, etc." (18011806) en "Histoire naturelle des Oiseaux d'Afrique" (1805-1808), C. J. Temminck, "Les Pigeons, peintes par Pauline de Courcelle (Mme Knip)" (1808-1811). O. des Murs, "Iconographie Ornithologique" (1845-1849) en John Gould, "The Birds of Great Britain" (1862-1873). De gehele bibliotheek is geveild door A. L. van Gendt & Co. te Amsterdam.
      Ernstige vaatkrampen en staar aan beide ogen hebben hem maar ten dele van zijn bezoek aan het XVI Internationale Ornithologische Congres in Canberra, Australië, (1974) en van zijn eerste twee studiereizen naar Sumatra (1977) doen genieten en profiteren. Zijn laatste bezoek aan Sumatra, samen met zijn vriend L. G. A. Pool, een paar maanden voor zijn dood, heeft hem, mede door zijn hersteld gezichtsvermogen, veel voldoening en blijdschap geschonken. Ik beschouw het als een vriendenplicht het manuscript over. de vogels van Sumatra, dat Van Marie bij zijn overlijden in grote trekken gereed had liggen, te mogen afranden en voor publicatie geschikt maken.
      Met John G. van Marie is de rij gesloten van de amateur-ornithologen die de beoefening van de systematische ornithologie in Nederland op Europees niveau hebben gehouden.

[gratis pdf] [english summary]



limosa 53.1 1980
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster