BERGH LMJ VAN DER (1980) Mogelijke waarnemingen van de ondersoorten serrirostris en johanseni van de Rietgans Anser fabalis. LIMOSA 53 (1): 21-23.

Ten gevolge van de koudegolf die in januari en februari 1979 vrijwel geheel Europa overspoelde, traden er grote veranderingen op in de Nederlandse winterpopulatie van de Rietgans. Normaliter overwinteren er hier te lande overwegend Westsiberische toendrarietganzen Anser fabalis rossicus, de laatste jaren c. 40 000 - 50 000 exemplaren. (Ganzenwerkgroep IWRB 1978, 1979). Veel minder komt de Europese taigarietgans Anser fabalis fabalis voor; gewoonlijk maximaal 1500 - 1600 exemplaren (van den Bergh 1979) voor geheel Nederland. In januari en februari 1979 werd er op de gebruikelijke pleisterplaatsen echter maar weinig A. f rossicus gezien. Des te talrijker was evenwel Anser fabalis fabalis, waarvan er meer dan 15 000 in ons land werden aangetroffen.
      Bij het bekijken van Rietganzen werden in deze winter viermaal sterk afwijkende groepjes gezien. Eenmaal ging het hierbij om vogels met duidelijke toendrakenmerken, in de overige gevallen betrof het Taigarietganzen. Hieronder worden deze waarnemingen afzonderlijk besproken. Taigarietgans Anser fabalis Toendrarietgans Anser serrirostris

[gratis pdf] [english summary]