TURNHOUT C VAN, VOSLAMBER B, WILLEMS F & VAN HOUWELINGEN G (2003) Trekgedrag en overleving van Grauwe Ganzen Anser anser in de Ooijpolder. LIMOSA 76 (3): 117-128.
Sinds 1997 worden in de Ooijpolder bij Nijmegen
jaarlijks Grauwe Ganzen van halsbanden
voorzien tijdens de vleugelrui. De groene halsbanden
zijn gegraveerd met een unieke cijferen
lettercombinatie, opdat de ganzen individueel
herkenbaar zijn. Belangrijkste doel van dit
project is het kwantificeren van de overleving
van de lokale broedpopulatie, die is ontstaan in
1977 en inmiddels is gegroeid naar meer dan
600 paren, en het bepalen van de factoren die
hierop van invloed zijn. Tevens wordt in dit gebied
het aantal broedparen geteld, en worden
uitkomstsucces en jongenoverleving gemeten.
Met deze gegevens kan de populatieontwikkeling
worden gemodelleerd en proberen we de
processen te ontrafelen die de draagkracht van
het gebied voor Grauwe Ganzen bepalen. Ook
kunnen de effecten van aantalregulerende
maatregelen op de populatie worden geëvalueerd
(Schekkerman et al. 2000). Het halsbandproject
in de Ooijpolder is onderdeel van een
landelijk project, dat aanvankelijk vooral was
gericht op het in kaart brengen van het trekgedrag
van Nederlandse Grauwe Ganzen. In dit
kader zijn in de periode 1990-2002 in zes gebieden
verspreid over Nederland in
totaal 672 Grauwe Ganzen met een groene
halsband uitgerust (tabel 1). Het project werd
aanvankelijk gecoördineerd door de Rijksuniversiteit
Groningen (Maarten Loonen), inmiddels
in samenwerking met Sovon Vogelonderzoek
Nederland.
[gratis pdf] [english summary]
|