GROEN NM (1991) Herkomst van in Marokko overwinterende Grutto s Limosa limosa. LIMOSA 64 (2): 47-49.
Langs de westkust van Marokko liggen belangrijke steltlopergebieden (Blondel & Blondel1964, Beaubrun & Thevenot 1984, 1986). De belangrijkste gebieden zijn Merja Zerga, Sidi Moussa en Lagune de Khnifiss. Al deze gebieden zijn lagunen waar bij laag water grote ondiepe vlakten voor rustende en foeragerende steltlopers ontstaan. De betekenis van Marokko all' overwinteringsgebied voor steltlopers en eenden is door verschillende Nederlandse biologen onderzocht (o.a. Zwarts 1972, Kersten et al. 1981, van Brederode et al. 1982, van den Berg 1988, Groen & Tanger in druk). De gebieden zijn bovendien belangrijk als foerageer- en rustgebied voor veel steltlopersoorten tijdens de voor- en najaarstrek. Voor een aantal soorten vormt Marokko de noordelijke grens van hun overwinteringsgebied. Dit geldt ook voor de hoofdmacht van de in Nederland broedende Grutto's (Prater 1975, Speek & Speek 1984). Van de Grutto bestaan in Europa twee ondersoorten: Limosa limosa limosa broedt vooral in NW-Europa en Limosa limosa islandica broedt voornamelijk op IJsland. De ondersoort islandica heeft gemiddeld een kortere snavel dan de nominaatvorm Iimosa (Cramp & Simmons 1983). Beintema et al. (1985) en Beintema & Drost (1986) beschrijven de trek van de Nederlandse Grutto's. In december 1989 bezocht een Nederlandse expeditie de Merja Zerga om te onderzoeken welke ondersoort van de Grutto daar overwintert. Grutto Limosa limosa
[gratis pdf] [english summary]
|