VRIES TGD (1951) Personalia: In Memoriam A.A. van Pelt Lechner. LIMOSA 24 (1): 79-80.

De 25ste Maart 1950 overleed in het Diaconessenhuis te Haarlem, in de ouderdom van 86 jaar Arnold Anthon Van Pelt Lechner, mede-oprichter, bestuurslid, tot 1926 redacteur van het tijdschrift en sedert 1 December 1928 erelid van de Nederlandse Ornithologische Vereniging. Daarmede kwam een einde aan een bijna 50jarige vriendschappelijke verhouding.
Toen ik, in het begin van deze eeuw, na het beëindigen van mijn ambte1ijke studies, weer tijd kreeg om me opnieuw te wijden aan mijn jeugd-hobby (de broedbiologie onzer vogels) was hij het, die op de meest tegemoetkomende wijze aanbood te he1pen en mijn leidsman te zijn in rebus oölogicis.
Daartoe was hem geen moeite te groot. Als hij zelf ook maar enigs zins in twijfel verkeerde omtrent de determinering van een dubieus ei, aarzelde hij niet dm de mening te vragen van Dr Eugene Rey te Leipzig en van de naturalienhandelaar Wilhelm Schluter te Halle a. Saale (eveneens en oöloog van formaat) met welke heren.hij goed bevriend was. Meer als een voorwerp mijner collectie gaat vergezeld van de aantekening "Vide Dr E. Rey, Wilh. Schluter .en A. A. Van Pelt Leihner".
In latere jaren, toe ik ook tot zelfstandig oordelen bevoegd was geworden, raadpleegden wij elkander aItijd in twijfelachtige gevallen en hij was steeds onmiddellijk bereid om zich met mijn zienswijze te verenigen als hij van de gegrondheid daarvan overtuigd werd. Tal van artikelen op nido-en oölogisch gebied zijn in de loop der jaren van Lechner's hand verschenen, hoofdzakelijk in het. tijd... schrift der' N.O.V., maar ook voor Hock's "Zeitschrift für Oölogie" .leverde hij bijdragen. Zijn, in de jaren 1910 -13. verschenen Opus magnum ,,Oölogia Neerlandica" wordt nog steeds door Oölogen in binnen- en buitenland als een der beste werken op hun gebied beschouwd en brengt antiquarisch 3 tot 4 maal de prijs op, die het bij zijn verschijnen heeft gekost. . Nadat hij zijn functie van bibliothecaris van de Landbouwhoge school had neergelegd, verhuisde hij van Wageningen naar Arnhem. Een groot deel van zijn collectie, die in hoofdzaak uit typen en variëteiten bestond , schonk hij aan het museum der Heidemaatschappij, 's Rijksmuseum van Natuurlijke Historie en Artis. Het gedeelte dat hij overhield en dat voornamelijk eieren van Limicolae bevatte, gaf hij mij, in Augustus 1933, spontaan ten geschenke. Lechner's laatste levensjaren zijn niet gemakkelijk geweest. Op 80-jarige leeftijd was hij tijdens de gevechten om Arnhem - op 17 September 1940, met zijn zoon, genoodzaakt de stad te ontvluchten. Zijn huis werd geplunderd en hij raakte letterlijk alles, ook zijn boeken, kwijt. Na tal van omzwervingen kwam hij bij zijn dochter in Aerdenhout en enige tijd later na hij zijn intrek in een rusthuis daar ter plaatse. Toen hij ziek werd, is hij opgenomen in het Diaconessenhuis te Haarlem en daar is hij, na een .kort ziekbed, overleden. Met hem is de bekwaamste oöloog van ons land heengegaan. Zijn nagedachtenis zal ongetwijfeld door zeer velen - en in elk geval door mij steeds hoog in ere worden gehouden ! Requiescat in Pace!

[gratis pdf] [english summary]