Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

(2013) Recensie: Saurola P ...(et al), 2013 Suomen Rengastusatlas I - The Finnish Bird Ringing Atlas Vol. 1. LIMOSA 86 (4): 248-249.

Suomen Rengastusatlas I - The Finnish Bird Ringing Atlas Vol. 1 P. Saurola, J. Valkama & W. Velmala 2013. Finnish Museum of Natural History and Ministry of Environment, Helsinki. ISBN: 978-952-10-8572-7. Harde kaft, 549 pp. Prijs € 50,-.

Het afgelopen decennium produceerden veel Europese vogelringcentrales overzichtswerken van nationale ring- en terugmeldgegevens, oftewel ringatlassen. Achtereenvolgens brachten Zweden (2001, 2008, drie delen), Groot-Brittannië (2002), Noorwegen (2003, 2006, twee delen), Denemarken (2006), Italië (2008), Tsjechië en Slowakije (2008) en Hongarije (2009) dikke boekwerken uit waarin de resultaten van misschien wel de belangrijkste onderzoeksmethode in de ornithologie worden getoond. Precies 100 jaar nadat in 1913 de eerste wilde vogel in Finland van een metalen ring werd voorzien, komt de Finse ringcentrale nu met het monumentale deel 1 van een Finse ringatlas, waarin het resultaat van een eeuw ringwerk overzichtelijk wordt gepresenteerd. In het voorwoord benadrukken de drie auteurs dat deze atlas niet is bedoeld als een wetenschappelijke analyse van alle Finse ring- en terugmeldgegevens, maar om (1) de Finse vogelringers een overzicht te bieden van hun formidabele werk als vrijwilliger, (2) professionele ornithologen de potentie van de verzamelde gegevens voor meer geavanceerde analyses te tonen, (3) de informatie die door het ringen van vogels boven tafel is gekomen te presenteren aan natuurbeschermers en beleidsmakers, en (4) het grote publiek te laten zien waar al het ringwerk toe heeft geleid. In die opzet is dit eerste deel volledig geslaagd: dit is zonder enige twijfel de meest complete en best vormgegeven ringatlas in het rijtje dat tot nu toe het licht zag!
      Het boek begint met een aantal inleidende hoofdstukken waarin achtereenvolgens het hoe en waarom van ringonderzoek, de historie en de cijfers uit de doeken worden gedaan. Met name het hoofdstuk over de historie, geschreven vanuit Fins perspectief maar met oog voor de internationale aspecten, is zeer uitgebreid en rijk geïllustreerd. In het hoofdstuk over aantallen is op de overzichtskaarten mooi te zien dat Finse vogels zowel naar het zuidwesten als naar het zuiden en zuidoosten trekken; de terugmeldingen vallen in een enorm gebied dat geheel Europa en het nabije deel van Azië beslaat terwijl West-, Midden- en Oost- Afrika ongeveer gelijkelijk bedeeld zijn met terugmeldingen van Finse vogels. Het aantal zéér oostelijke terugmeldingen is dan toch weer wat kleiner dan ik had gedacht, met slechts één terugmelding uit Zuidoost-Azië (Thailand, voor de vogelsoort moeten we op deel 2 wachten), twee uit China en een handjevol uit Oost-Siberië (meest Kemphanen). Er is ook een uitgebreid hoofdstuk over andere merkmethoden zoals satellietzenders en lichtloggers, waar de resultaten van het zenderonderzoek aan Finse visarenden breed wordt uitgemeten. Ook in de soortbespreking van de Kraanvogel worden resultaten van zenderonderzoek getoond. De inleidende hoofdstukken zijn bijna tweetalig, met Engelse samenvattingen die in lengte amper onderdoen voor de Finse tekst. Het niet kunnen lezen van Fins hoeft dus geen reden te zijn dit boek niet aan te schaff en. Bovendien kunt u genieten van prachtig klinkende Finse soortnamen als Harmaahaikara of Valkoposkihanhi, om maar eens twee willekeurige te noemen.
      Na 87 pagina's inleiding is de rest van de ruimte weggelegd voor de besprekingen van 126 vogelsoorten, in gemiddeld ruim drie pagina's per soort. De kaarten en grafieken zijn goed verzorgd en zeer duidelijk. Waar andere atlassen soms verzanden in een woud van identiek uitziende kaarten met een wirwar aan lijnen zijn de vele kaarten in de Finse Ringatlas duidelijk leesbaar door een goed gebruik van kleuren en grote, duidelijke symbolen. Opvallend is wel dat alleen gegevens van in Finland geringde vogels worden getoond, en niet de terugmeldingen in Finland van elders geringde vogels. Veel van die gegevens worden natuurlijk in de atlassen van andere Europese landen gepresenteerd, maar hierdoor missen we wel alle Finse terugmeldingen van vogels uit landen waar (nog) geen atlas verscheen, bijvoorbeeld uit buurland Rusland, en dat is jammer.
      Maar liefst 150 pagina's zijn uitgetrokken voor de behandeling van 17 soorten roofvogels, met wel 17 pagina's voor de Zeearend en 16 voor de Havik. De focus ligt ook bij de roofvogels op de trek, en niet op bijvoorbeeld demografi sche aspecten, hoewel systematische monitoring van de populatiedynamica van roofvogels al sinds 1982 plaatsvindt en het meest baanbrekende wetenschappelijke werk aan vogels in Finland vormt. Evengoed zijn de besprekingen indrukwekkend door de grote mate van detail en de veelheid aan gegevens. Even wennen, vanuit Nederlands perspectief, zijn de 16 terugmeldingen van Buizerds ten zuiden van de Sahara, tot in Zuid-Afrika. Naast de nominaatvorm broedt in Finland ook de Steppenbuizerd B. b. vulpinus, en de najaarsmeldingen laten mooi zien hoe deze vogels in een haast perfecte rechte lijn van Finland naar de oostkust van de Zwarte Zee trekken om vervolgens af te buigen richting Eilat en Suez voor de oversteek naar Oost-Afrika. De ringlocaties van de 18 Afrikaanse overwinteraars liggen echter verspreid over geheel Zuid- en Midden-Finland, en laten niet de verwachte noordoostelijke verspreiding zien. Twee terugmeldingen uit Ghana en Senegal roepen helemaal vraagtekens op: waren dit Steppenbuizerds die zich behoorlijk vergisten, of steken ook nominaatvogels soms de Sahara over?
      Hoewel de Finnen erg veel uit hun gegevens hebben gehaald, en deze mooi en helder weten te presenteren, blijft ook dit boek een 'klassieke' ringatlas. De nadruk ligt geheel op migratie, er wordt weinig gedaan met dispersie, en niets met demografi e, hoewel ook daarvoor het ringen en volgen van individuele vogels de basis vormt en de Finnen al sinds 1986 een goed lopend CES-project hebben. Ook de wijze waarop de gegevens zijn bewerkt en worden getoond is traditioneel: kaarten met stippen en lijnen, terwijl er tegenwoordig ook met ringgegevens veel meer mogelijk is. Bijvoorbeeld de vertaling van punten naar dichtheidskaarten, die we inmiddels wel tegenkomen in broedvogelatlassen, wordt ook hier niet gebruikt. Dat is jammer want dat soort kaarten bieden waarschijnlijk ook goede mogelijkheden voor correcties voor verschillen in waarnemerinspanning. Misschien iets voor een Nederlandse ringatlas?

Recensie van Henk van der Jeugd

[gratis pdf] [english summary]



limosa 86.4 2013
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster