(2007) Recensie: Saris F. 2007. Een eeuwvogels beschermen. LIMOSA 80 (4): 174-175.
Een eeuwvogels beschermen
F. Saris 2007. KNNV Uitgeverij, Utrecht.
ISBN 978-90-5011-237-6. 344 blz. plus
DVD. Prijs: € 49,95.
Twaalf jaar na het standaardwerk 'In de
ban van Vogels' (Voous 1995), en acht jaar
na het honderdjarig bestaan van
Vogelbescherming Nederland, is er eindelijk
een boek verschenen over de geschiedenis
van het beschermen van vogels.
Waar 'In de ban van Vogels' een
overzicht geeft van de ornithologie in
Nederland, richt 'Een eeuw vogels beschermen'
zich op de manier waarop de
mens om is gegaan met de belangen van
wilde vogels. Is het samensteller Frank
Saris en zijn team van 20 auteurs gelukt
omhet werk van prof. Voous aan te vullen
en een nieuwstandaardwerk te schrijven?
Het boek begintmet een aantal prikkelende
vragen over de geschiedenis van
Vogelbescherming. Wie waren de leidende
figuren, met wie werd samengewerkt,
en met wie niet? Heeft de vereniging
goed aangevoeld wat er speelt bij de achterban,
en op welke wijze heeft zij geprobeerd
om haar doelen te bereiken? Om
hierop een antwoord te kunnen geven is
gekozen voor een combinatie van archiefonderzoek
en het afnemen van interviews.
De grote hoeveelheid nieuwe informatie
die hierdoor is ontsloten maakt
het voor de eerste keer mogelijk om de
geschiedenis van Vogelbescherming kritisch
te beoordelen.
De samensteller begint met een overzicht
van de veranderingen in de Nederlandse
avifauna. De interessante analyse
eindigt opvallend genoeg rond 1900,
waarna direct het belangrijkste onderdeel
van het boek volgt: een uitgebreide beschrijving
van de ontwikkeling van Vogelbescherming.
Frank Saris maakt het ontstaan,
de terugval, en uiteindelijk toch de
bloei van de vereniging inzichtelijk. Hij
gebruikt hiervoor veel citaten en vermeldingen
uit archieven. Zo lezen we dat
Vogelbescherming in de jaren '50 en '60
een rustend bestaan leidde en vooral als
oudedagsvoorziening voor Drijver diende.
De vereniging was er in 1967 zo slecht
aan toe dat een fusie met Natuurmonumenten
als uitweg overwogen is.
Pas na talloze schermutselingen tussen
voor- en tegenstanders van de jacht kon
onder de aanvoering van Siegfred Woldhek
de groei naar de huidige 130 000 leden
beginnen. Het hoofdstuk bevat een
aantal interviewsmet oud-directeuren en
-voorzitters, waarin vaak opvallend openhartig
wordt ingegaan op de inhoudelijke
koers van de vereniging.
Het boek vervolgt met een uitstekend
hoofdstuk van Joke Winkelman over de
groei van de internationale vogelbescherming.
Een aantal Nederlanders zoals
Eduard Osieck, Jan Wattel en Siegfred
Woldhek, overigens allen oud-leden van
de Christelijke Jeugdbond van Natuurvrienden,
blijken een sleutelrol te hebben
gespeeld bij het ontstaan van Birdlife
International.
Na deze prima opening begint het
boek helaas alle kanten op te waaien.
Hoofdstukken over 'Vergiftigingen van
vogels' en 'De Roek, een case study voor
vogelbeheer in de twintigste eeuw' worden
afgewisseld met schijnbaar willekeurig
gekozen verhalen over filatelie,
Schouwen en Noord-Brabant. De jacht
krijgt met hoofdstukken zoals 'Meeuwenbestrijding
in historisch perspectief' erg
veel aandacht. Tegenover deze grote
hoeveelheid pagina's over specialistische
onderwerpen staat het vrijwel niet bespreken
van andere delen van de geschiedenis
van de vereniging. De jeugdleden
komen er met één pagina erg karig vanaf,
terwijl begin jaren '90 20% van het totale
ledental uit Vrije Vogels bestond. Er wordt
niet ingegaan op de vaak moeizame relatie
tussen regionale vogelwerkgroepen,
de regio-consulenten en het bureau in
Zeist. Ook de ontwikkelingen in de optiek
en de vogelgidsen, de opkomst van het
recreatieve vogelen, trektellen en soortenjagen,
de reactie van Vogelbescherming
op ruilverkavelingen, aanleg van
snelwegen zoals de A73, en grootschalige
lozingen door olietankers, komen niet
aan bod. De keuze voor het afdrukken van
hedendaagse vogelfoto's in plaats van
historisch materiaal is een gemiste kans.
De prachtige historische 'vogelportretten'
van Siegfred Woldhek maken gelukkig
weer veel goed, net als de bijgevoegde
DVD met historisch filmmateriaal.
Samengevat is het niet duidelijk welk
doel de 21 auteurs met dit boek voor
ogen hadden. Is dit een overzicht van de
geschiedenis van Vogelbescherming, een
bundeling losse verhalen over het beschermen
van vogels, of beide? Het boek
geeft in ieder geval een tijdsbeeld van de
rationele manier waarop het beschermen
van vogels tegenwoordig vaakwordt aangepakt.
In drie hoofdstukken staan verdragen,
wetgeving en regels centraal. Het
afsluitende verhaal bestaat uit een beoordeling
van de veranderingen in de vogelstand
aan de hand van beleidsdoelen.
De hoofdstukken over de particuliere
vogelreservaten en de ooievaarbuitenstations
laten zien dat er nog een andere,
meer mens- en emotiegedreven manier
van vogels beschermen bestaat. Beide
initiatieven zijn in de jaren'90 door Vogelbescherming
afgeschaft, waardoor veel
vrijwilligers zijn afgehaakt. Het lijkt er op
dat de vereniging de aloude leus 'Natuurbeschermen
is mensenwerk' wel erg letterlijk
heeft vervangen door het motto
'Advocaat van de wilde vogels'.
Als gevolg hiervan telt Vogelbescherming
wel 130 000 leden en ruim 50 betaalde
medewerkers, maar is de betrokkenheid
van al deze leden gering. Een
vergelijking met het buitenland was leerzaam
geweest. Zo heeft Natuurpunt, de Vlaamse Birdlife-partner, de helft van het
aantal leden van Vogelbescherming,
maar wel 150 afdelingen en tientallen
werkgroepen. De Britse RSPB telt 12 200
vrijwilligers en 175 lokale groepen.
Met wat meer aandacht voor het beantwoorden
van de vragen zoals gesteld
in de inleiding, en wat minder aandacht
voor postzegels verzamelen, zou dit boek
een waardige aanvulling zijn geweest op
'In de ban van Vogels'. Nu blijft het te veel
een losse bundel hoofdstukken zonder
veel samenhang. Ondanks dit versnipperde
karakter is het boek alleen al door de
vele nieuw ontsloten informatie en anekdotes
toch demoeite van het aanschaffen
waard.
Recensie van Martijn de Jong
[gratis pdf] [english summary]
|