(2000) Recensie: Ruegg P, ... (et al), 1999 Where to watch birds in Switzerland. LIMOSA 73 (1): 37-38.
Where to watch birds in Switzerland. Sacchi M.,
Ruegg P. & Laesser J. 1999. Christopher Helm /
A.&C. Black, London. 192 p. ISBN 0.7136.5183.0.
Prijs £ 15,-.
Kort na het verschijnen van de indrukwekkende
Zwitserse broedvogelatlas (zie Limosa 72:129) is
nu ook een deeltje in de bekende serle "Where to
watch" over Zwitserland verschenen. Deze gids
beschrijft 45 locaties verspreid over het gehele
land. Met behulp van het kleine overzichtskaartje
op p. 15 en de routekaart bij de beschreven locatie
is de aangegeven wandeling prima uit te voeren
als men gebruik maakt van de uitstekende Zwitserse
topografische kaarten. Het aardige van het
boekje is dat niet aileen aandacht wordt besteed
aan de broedvogels, maar dat ook belangrijke gebieden
voor wintervogels (bijv. Meer van Geneve)
en doortrekkers (Col de Bretolet) aandacht krijgen.
Veel Zwitserlandgangers met belangstelling
voor vogels zullen vooral in de zomer de bergen intrekken.
Bij een eerste bezoek aan de Alpen heeft
iedereen hoge verwachtingen. van de bijzondere
soorten die gezien zullen worden. Na een wandelvakantie
van een week zal het gelukt zijn om soorten
als Rotszwaluw, Waterpieper, Sneeuwvink, AIpenheggenmus,
Alpenkauw en Notenkraker te
zien te krijgen. Wellicht is dat ook gelukt met
Sneeuwhoen en Steenarend. Er zullen echter maar
weinig bergwandelaars zijn die na een eerste bezoek
al kunnen bogen op soorten als Rotskruiper,
Rode Rotslijster en Dwerguil. Het vinden van deze
soorten vergt naast wat (soms veel) geluk ook een
degelijke kennis van het broedbiotoop en van bepaalde
gedragingen. Oat zijn nu net zaken die in
dit boek niet zo gemakkelijk te vinden zijn. Voor
buitenlanders, en daar is het boek toch vooral voor
geschreven, zou het handig zijn geweest als van
de typische alpiene soorten kort en bondig iets
over het favoriete biotoop zou worden gezegd in
combinatie met een aantal locaties waar de kans
deze soort te zien te krijgen, vrij groot is. Van de AIpengierzwaluw
zou dan bijvoorbeeld kunnen worden
verteld dat deze soort in de bergen zelden
wordt gezien, maar des te meer in steden zoals
Bern en Solothurn. Rotskruipers in de broedtijd
moet men (met vaak veer geduld) zoeken in vochtige
"Schluchten" zoals de Via Mala en de Aareschlucht.
Het vinden van Dwerguilen wordt bepaald
door het letten op zangvogels die te keer
gaan in de top van een hoge spar.
Oat neemt niet weg dat dit boek voor iedereen die
naar Zwitserland wil gaan veer te bieden heeft. Waar
men ook voor vakantie neerstrijkt, een of !wee beschreven
locaties zullen niet ver weg liggen. Wellicht
dat dit boekje er toe leidt dat de plannen worden
bijgesteld om een paar interessante locaties uit
dit boek te bezoeken. Oat geldt met name voor de
vele moerasgebiedjes die worden beschreven en
die meestal dicht bij een snelweg liggen.
Natuurlijk komen veel toeristen voor de wintersport
naar Zwitserland. Op de lange latten lukt het vaak
nog soorten als Sneeuwvink en Alpenheggenmus
te zien. Het loont de moeite om op weg naar het
hooggelegen ski-oord enkele locaties aan de grote
meren aan te doen. Bepaalde kustzones van het
Meer van Geneve en het Meer van Neufchatel zijn
verrassend rijk aan watervogels met behalve veel
Aalscholvers ook soorten als Parelduiker, Grote
Zee-eend en Eider.
Recensie van Jelle van Dijk
[gratis pdf] [english summary]
|