MEIJER R & WEEL B (2007) De broedvogelbevolking van de Biesbosch, 35 jaar na de nieuwe start. LIMOSA 80 (4): 139-152.
Vijfendertig jaar geleden veranderde het uiterlijk van
de Biesbosch drastisch toen van de ene dag op de andere
de getijdenwerking uit dit belangrijke Nederlandse
natuurgebied verdween door het sluiten van de
Haringvlietsluizen. Met het getij verdwenen ook de
griendhoutcultuur en het oogsten van riet. De nieuwe
ontwikkeling die toen inzette had uiteraard zijn gevolgen
voor de vogelstand, die hier worden beschreven
aan de hand van jarenlange broedvogelmonitoring en
inventarisaties uit het verleden. De Biesbosch is rijker
geworden in soorten en aantallen broedvogels, maar
tegelijkertijdminder uniek.
"De Biesbosch is dood, leve de Biesbosch!" schreef
Zonneveld (1970) naar aanleiding van het sluiten van de
Haringvlietsluizen op 2 november 1970. Op dat moment
kwam er een einde aan de oude Biesbosch, een uniek zoetwatergetijdengebied
dat zich in de loop van meer dan vijf
eeuwen had ontwikkeld. De nieuwe Biesbosch bestaat inmiddels
al weer ruim 35 jaar. Door het verdwijnen van het
getij en de minder intensieve exploitatie biedt hij voor tal
van planten- en diersoorten veel meer mogelijkheden dan
de oude. Daardoor zijn het aantal soorten broedvogels en de
aantallen per soort sterk gewijzigd: er zijn soorten verdwenen
en nog veel meer soorten nieuw verschenen. Van sommige
soorten zijn de aantallen sterk gedaald, veel soorten
zijn echter juist veel talrijker geworden.
Vooral de laatste decennia worden deze veranderingen
nauwlettend gevolgd, zowel door vrijwilligers als door medewerkers
van Staatsbosbeheer. De Biesbosch heeft immers
een belangrijke plaats in het natuurbeschermingsbeleid van
de Nederlandse overheid (zie o.a. Ministerie van LNV 1990, 2004, Bisseling et al. 1994). Het is een kerngebied van de
Ecologische Hoofdstructuur en sinds 1994 heeft het de status
van Nationaal Park. De grote vogelwaarden zijn ook aanleiding
geweest om(delen van) het gebied op te nemen in verschillende
(inter)nationale lijsten van gebieden van belang
voor het behoud van natuurlijke rijkdommen (o.a. de Conventies
van Ramsar en Bern en de Europese Vogelrichtlijn).
Om de ontwikkelingen te kunnen volgen en daarover te
rapporteren is een samenhangend monitoringstelsel ontwikkeld
(van der Meulen et al. 1995), waarin de al langer
bestaande vogelprojecten zijn opgenomen. Op basis van
onder meer de resultaten van deze broedvogelmonitoringprojecten
(Meijer 2007a) wordt in deze bijdrage een
samenvatting gegeven van de veranderingen in de broedvogelbevolking
van de Biesbosch. Op de twee belangrijkste
veranderingsprocessen wordt wat dieper ingegaan: dat van
griend naar wilgenbos en dat van rietgors naar ruigte. Deze
processen worden beschreven en ook de wijze waarop ze de
aantallen broedvogels hebben beïnvloed. Hiertoe worden
de gevolgen besproken voor een aantal soorten die min of
meer representatief zijn voor een grotere groep.
[gratis pdf] [english summary]
|