DIJK AJ VAN, WEIDE M VAN DER , ZOETEBIER D & PLATE C (2001) Kolonievogels en zeldzame broedvogels in Nederland in 1998. LIMOSA 74 (1): 1-16.
Tellingen van kolonievogels en zeldzame broedvogels in 1998 in
Nederland leverden recordaantallen op van Lepelaar, Zwartkopmeeuw
en Kleine Mantelmeeuw. Koereiger en Struikrietzanger
konden worden bijgeschreven op de lijst van Nederlandse
broedvogels. Verschillende nieuwkomers, zoals Kleine Zilverreiger,
Grote Mantelmeeuw en Middelste Bonte Specht, lijken vaste
voet aan wal te krijgen. Kwartelkoningen waren talrijker dan ze
in decennia zijn geweest terwijl het aantal Ooievaars verder
groeide. Met Strandplevier en Kemphaan blijft het tobben. Korhoen
en Duinpieper zitten met kleine restpopulaties in de gevarenzone
en de Klapekster lijkt op uitsterven aan te stevenen.
Een legioen van vogelaars zorgde in 1998 er
weer voor dat het voorkomen van tientallen
soorten broedvogels in Nederland in detail
bekend werd. De tellingen werden veelal ondernomen
in het kader van onderzoek dat georganiseerd
wordt door Sovon Vogelonderzoek Nederland
(Sovon) samen met het Centraal
Bureau voor de Statistiek (CBS) en in opdracht
van het Expertise Centrum van het Ministerie
van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (ECLNV).
Dit artikel vat resultaten samen van tellingen
van kolonievogels en zeldzame broedvogels
in 1998. De basale resultaten van dit
Landelijk Soortonderzoek Broedvogels (LSB)
zijn vastgelegd in het jaarverslag (van Dijk et al.
2000). Resultaten van steekproefonderzoek aan
algemene en schaarse soorten worden elders
gepubliceerd. Het overzicht sluit aan bij de
reeks over 1992-97 in Limosa.
[gratis pdf] [english summary]
|