OUWENEEL GL & STRUCKER RCW (1998) Veel Kwartels Coturnix coturnix in de Hoeksche Waard in zomer 1997. LIMOSA 71 (2): 80-81.
Ten behoeve van een op stapel staande streekavifauna
voerden leden van de Vogelwerkgroep
Hoeksche Waard in 1997 een broedvogelinventarisatie
uit in het Oudeland van Strijen. Deze c.
1600 hectare metende polder 1igt in het oosten van
de Hoeksche Waard (ZH). Het gaat om een open,
vrijwe1 onbebouwd gebied met daarin enkele grote
aaneengesloten enclaves klei-op-veengrasland,
een afwijkend terreintype in de verder vrijwel geheel
uit akkerbouwpo1ders bestaande Hoeksche
Waard. De eerste Kwartels werden gehoord op 2
mei. Later die maand werden spoedig meerdere
vogels gehoord. Toen eind mei b1eek dat de
Kwartels binnen het gebied zouden blijven, kregen
de vogelwerkgroepleden het verzoek om extra
aandacht aan deze soort te besteden en alle 10caties
met roepende voge1s in te tekenen. In totaa1
werden 62 territoria vastgeste1d, wat neerkomt op
3.9 territoria/lOO ha. De vogels verbleven in zeven
verschillende vegetatietypen, het meest in
hooiland (tabel 1). De grootste concentratie bevond
zich ten noorden van de Molenweg waar, in
het kader van reservaats orming binnen de lopende
landinrichting, Staatsbosbeheer doende is
voormalige akkerpercelen om te vormen tot grasland.
Hier konden in een strook van 500 x 250 meter
elf territoria worden vastgesteld, 1 vogel per
1.14 hectare. Deze waarde sluit aan bij de hoogste
in Midden-Europa vastgestelde dichtheden (Glutz
von Blotzheim 1973). Eventuele broedsels in het
Oudeland van Strijen hebben een goede kans op
succes gehad: voor de meeste hooilanden waarin
de Kwartels verbleven zijn namelijk beheersovereenkomsten
van kracht, waardoor de percelen pas
laat in het seizoen werden gemaaid.
Hoewel in de Hoeksche Waard Kwartels al een
aantal jaren aandacht krijgen, was de soort v66r
1997 slechts een enkele maal in het Oudeland van
Strijen gehoord. WeI verblijven er regelmatig enkele Kwartels in de rondom gelegen akkerbouwpolders
Nieuw Bonaventura, Groot Cromstrijen
en het Land van Essche. In de zomer van 1997
werden buiten het Oudeland van Strijen alleen
twee roepende exemplaren gehoord in Nieuw Bonaventura.
Kwartels staan bekend als opportunisten, die
geschikt habitat in het algemeen snel weten te vinden
(Gallego et al. 1997). Ook het voorkomen in
Nederland is aan sterke jaarlijkse fluctuaties onderhevig.
Een groot deel van het Oudeland van
Strijen bevond zich zomer 1997 in een overgang
van intensief naar extensief grondgebruik, met
plaatselijk een aangepaste bemaling. Bet kan zijn
dat deze overgang voor Kwartels tijdelijk een attractief
biotoop opleverde. Opmerkelijk blijft echter
het feit, dat in het overwegend uit akkerland
bestaande noordwestelijke deel van de polder,
waarin geen cultuurtechnische ingrepen plaatshadden,
ook meerdere territoria aanwezig waren.
[gratis pdf] [english summary]
|