VRIES DE TG (1932) Ornithologische wetenswaardigheden uit vorige eeuwen I. LIMOSA 5 (4): 158-165.
Het heeft mij steeds in bijzondere mate ge'interesseerd, welke toestanden er, opornithologisch gebied, in vroegere eeuwen, hier te lande hebben bestaan, doch het bleek tot dusver uiterst moeilijk, daaromtrent betrouwbare gegevens te verkrij gen. Met veel belangstelling nam ik dan ook kennis van de mededeelingen van den heer A. A. VAN PELT LECHNEIR in Ardea, 15, 1926, p. 150-151 J.), al twijfelde ik aan de juistheid van enkele zijner conclusies (waarover later meer). Snuffelend (voor andere doeleinden) in het Charterboek van Friesland 2), yond ik, toevalligerwijze, enkele bijzonderheden, die mij aanleiding gaven om eens precies na te gaan, wat, in dit groote werk, uit een vogelkundig oogpunt, van belang zou kunnen zijn. Hoewel de oogst niet meeviel, kwamen er toch verscheidene interessante dingen aan het licht. Zoo bl~ikt b.v., dat de jacht en het zoeken der eieren van wilde vogels, reeds heel vroeg de aandacht der autoriteiten hebben gehad. En de milde geest, welke, ten opzichte van het dier 3), uit die oude placaten spreekt, moet ons, twintigste-eeuwers, dunkt mij, beschaamd doen staan tegenover onze, zooveel minder (? 1) beschaafde voorouders, die 400 jaar geleden leefden. Zoo wordt b.v. reeds in 1579 4 ) bepaald, dat nyemant eenige Reygers sal moegen schieten naerder dan daer zij nestelen ofte horselen een halue myle terwijl, in 1932, ruim 3% eeuw later, schrijver dezes, op twee broedplaatsen, kon constateeren, dat oude vogels dood geschoten lagen onder de nesten, waarin de jongen van honger schreeuwden en omkwamen.
[gratis pdf] [english summary]
|