NORDIC GREYLAG GOOSE WORKING GROUP (1988) Noordeuropese Grauwe Ganzen Anser anser in Nederland. LIMOSA 61 (2): 62-72.
De laatste jaren is het aantal Grauwe Ganzen in NW-Europa sterk toegenomen. In Zweden broedden in het begin van de jaren zestig 200-300 paar, in de daaropvolgende decennia nam dit aantal toe en in het begin van de jaren tachtig was het aantal gestegen tot 2000-2200 paar. De populatie neemt nog steeds toe. De toename had tot gevolg dat de saort zich in nieuwe gebieden vestigde, lOals de meren in ZW-Skfme, het zuidelijkste deel van Zweden, waar in het begin van de jaren zestig nog geen Grauwe Ganzen broedden en waar zich nu broedplaatsen bevinden van enkele honderden paren. Ook na het broedseizoen worden deze gebieden in toenemende mate gebruikt. Roewel bekend was dat ruiende Grauwe Ganzen zich op enkele plaatsen concentreerden, ontbrakinformatie over de herkomst van deze vogels. Evenmin waren er gegevens over uitwisseling tussen gebieden en over de trekroutes. In de Noordeuropese ruigebieden waren in het verleden al Grauwe Ganzen gevangen en op de traditionele wijze geringd, maar dit leverde niet genoeg informatie op om de lacunes in de kennis aan te vullen. In 1984 werd door de Nordic Councillor Wildlife Research een werkgroep opgericht die tot taak kreeg een studie op te zetten naar de trekbewegingen en andere aspecten van de biologie van de Noordeuropese populaties van de Grauwe Gans. Daartoe werd een programma opgezet om Grauwe Ganzen te merken met een halsband.##### Grauwe Gans Anser anser Kolgans Anser albifrons Rietgans Anser fabalis Kleine Rietgans Anser brachyrhynchus = Anser fabalis brachyrhynchus Brandgans Branta leucopsis Toendrarietgans Anser serrirostris Taigarietgans Anser fabalis
[gratis pdf] [english summary]
|