Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

MEININGER PL, SWELM ND VAN & SWENNEN C (1987) Biometrie, rui en herkomst van Dwergsterns Sterna alhifrans in het Deltagebied. LIMOSA 60 (2): 75-83.

De Dwergstern Sterna alhifrans broedt in verscheidene kolonies langs open en afgesloten zeearmen in het Deltagebied. In 1979-85 varieerde het aantal broedparen tussen 230 en 305 (Meininger 1986). De eerste vogels verschijnen eind april en de laatste verdwijnen eind september. Direct na de broedtijd komen aanzienlijke aantallen Dwergsterns voor in de Voordelta (augustus 1978: 80, Baptist & Meininger 1984), Oosterschelde (augustus 1979: 313, Meininger et al. 1984) en Westerschelde (augustus 1983: 244, Meininger et al. 1985). Het betreft hier, zoals blijkt uit de vangsten van geringde vogels, zowel plaatselijke broedvogels als doortrekkers uit noordelijker gebieden. Over maten, gewicht, rui en herkomst van Dwergsterns in Nederland is weinig of niets bekend (Rooth 1981), terwijl gegevens uit andere delen van Europa schaars zijn (Cramp 1985, Glutz von Blotzheim & Bauer 1982). In dit artikel proberen wij deze lacune enigszins op te vullen. In 1982- 1986 werden door ons tijdens en na de broedtijd 221 volgroeide Dwergsterns gevangen in het Deltagebied. AIle vogels werden geringd; daarnaast werdenl gegevens verzameld over maten, gewicht en rui.

[gratis pdf] [english summary]



limosa 60.2 1987
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster