Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

VERKERK W (1961) Eerste waarneming van de Kalanderleeuwerik melanocorypha calandra in Nederland. LIMOSA 34 (3): 225-227.

Op 2 oktober 1960 bevonden mejuffrouw KORTENOEVER, P. ZWITSER en schrijver dezes zich in het infiltratiegebied in de duinen bij Castricum, Dit is een dicht bij zee gelegen, vlak gedeelte van het duin. waar Lekwater in het Noordhollands Duinreservaatgelnfiltreerd wordt. Hetgebied heeft een zeer lage begroeiing, onderbroken door zandige gedeelten, Plotseling vlogen dicht bij ons vier vogels met een snelle zigzagvluoht laag over de grond weg, De vlucht geleek enigszins op die van kleine steltlopers, maar de vogels maakten een typisch leeuwerikengeluid, verschillend van dat van de Veldleeuwerik. Direct vielen in de vlucht witte buitenstaart en witte rand achter langs de vleugels op. Wij wisten de vogels, die weinig schuw waren, weer te benaderen en konden hen gedurende drie kwartier door onze kijkers. (7 X 50 en 12 X 50) oibserveren, eenmaal van ongeveer vijf meter afstand, Opgrand van de volgende kenmerken determineerden wij de vogels als Kalanderleeuweriken. Melanocorypha calandra (Linnaeus). De vogels waren duidelijk groter en forser dan Veldleeuweriken, bijna zogroot als Koperwieken. Bij het exemplaar, dat wij het dichtst konden benaderen, was de bovenkop bruin met opvallende isabelkleurige lengtestrepen en miste iedere aanduiding van een kuif. Boven het oog liep een gelige wenkbrauwstreep; ook de streek vlak onder het oog was geelbruin, de keel vuilwit. Van de streek achter het 001' naar de keel liep een bruingele band, de rest van de kop was donkerbruin. De snavel was dik en hoornkleurig. Kalanderleeuwerik Melanocorypha calandra

[gratis pdf] [english summary]



limosa 34.3 1961
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster