Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

ERHART FC & KURSTJENS G (2000) Aantalsontwikkeling van de Kwak Nycticorax nycticorax als broedvogel in Nederland in de twintigste eeuw. LIMOSA 73 (2): 41-52.

De Kwak is een van de meest mysterieuze broedvogels in Nederland. In de twintigste eeuw heeft in Nederland een sterk wisselend aantal Kwakken gebroed, zoals blijkt uit een reconstructie van de aantalsontwikkeling. Recent lijkt sprake van een toename, die wordt toegeschreven aan een algehele populatietoename in omringende landen, in combinatie met het loslaten van Kwakken uit dierentuinen en een verbetering van broedhabitat en voedselomstandigheden als gevolg van natuurontwikkeling.

Door zijn geheimzinnige en nachtelijke leefwijze ontsnapt de Kwak eenvoudig aan de aandacht van vogelaars. Anders dan in de Zuid-Europese landen, waar kolonies tot 3000 paren voorkomen (Hagemeijer & Blair 1997), broeden Kwakken in Nederland solitairen bij voorkeur in moeilijk doordringbare moerasbosjes (Voskamp & Zoetebier 2000). Oat is niet altijd zo geweest. In de vorige eeuw broedden Kwakken oak in Nederland in kolonies (Brouwer 1954). Onder andere door grootschalige biotoopvernietiging is de Kwak in ons land tegenwoordig een zeldzame broedvogel, die door z'n leefwijze bij reguliere broedvogelinventarisaties gemakkelijk over het hoofd wordt gezien. De ontwikkeling van de broedpopulatie in Nederland gedurende de twintigste eeuw is daardoor grotendeels in nevelen gehuld. Betrouwbare tellingen van de enige jaarlijks bezette kolonie in Nederland, gelegen in de Biesbosch, gaan terug tot 1946 (Meijer 1995). De eerste schatting van de omvang van de Nederlandse broedpopulatie dateert van de jaren zestig en komt op 15-25 paren (Osieck & Hustings 1994). Latere schattingen kwamen steeds lager uit. Het ging am 12-18 paren in 1975-77 (Teixeira 1979), 6-12 paren in 1980-83 (Sovon 1987) en 0-3 paren in 1989-91 (Osieck & Hustings 1994). De enige positieve uitzondering op deze neergaande lijn is de schatting ten tijde van het tweede atlasproject: 16-24 paren in 1979 (Sovon 1987).

De directe aanleiding am dit artikel te schrijyen, schuilt in het feit dat we voor Sovon jarenlang districtcoordinator zijn geweest in het stroomgebied van de Maas en de Rijn. Langs deze rivieren werden in de jaren negentig gedurende het broedseizoen geregeld Kwakken waargenomen. Bovendien krijgen de rivieren in het natuurbeleid volop aandacht omdat ze tot de slagaders van de Nederlandse natuur behoren; denk aan de natuurontwikkeling langs de Grensmaas en in de Gelderse Poort. Naar verwachting zal er door de ontwikkeling van natuurlijk rivierbos (ooibos) en de realisatie van stromende nevengeulen op termijn meer geschikt biotoop voor de Kwak ontstaan. Om deze ontwikkelingen in perspectief te kunnen plaatsen, is het van belang eerst de uitgangssituatie vast te leggen. Hierbij bleek dat het voorkomen in het verleden niet volledig gedocumenteerd is.

Dit artikel maakt een reconstructie van het voorkomen van de Kwak als broedvogel in de twintigste eeuw in Nederland. Oak het effect van recente her-introducties in Nederland en Vlaanderen komt daarbij aan bod. Tenslotte wordt kort ingegaan op de toekomstverwachtingen die we koesteren ten aanzien van het broeden door deze soort. Kwak Nycticorax nycticorax

[gratis pdf] [english summary]



limosa 73.2 2000
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster