Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

VOSLAMBER B, ZIJLSTRA M, BEEKMAN JH & LOONEN MJJE (1993) De trek van verschillende populaties Grauwe Ganzen Anser anser door Nederland: verschillen in gebiedskeuze en timing in 1988. LIMOSA 66 (3): 89-96.

Vit ringgegevens is duidelijk geworden dat er over Europa twee trekroutes van de Grauwe Gans 10pen. De ene route wordt gebruikt door ganzen die broeden in Scandinavie en voor het grootste deel overwinteren in Spanje; de vogels van de andere trekroute broeden in Midden-Europa en overwinteren grotendeels in Tunesie. De trek van de Grauwe Gans blijkt complexer te zijn dan boven aangegeven; er bestaan tal van uitzonderingen. Naast trekbewegingen tussen broed- en overwinteringsgebieden zijn er in de zomer ook trekbewegingen naar speciale ruigebieden (Paludan 1965, Hudec & Rooth 1970, Cramp & Simmons 1977). Het aantal terugmeldingen van de gebruikelijke metalen ringen is onvoldoende om een volledig overzicht van de trek te krijgen. Daarom is in 1976 in de toenmalige DDR (verder Duitsland genoemd) gestart met het merken van Grauwe Ganzen door middel van gekleurde halsbanden waarop een individuele inscriptie is aangebracht. Deze methode van merken heeft in diverse landen navolging gekregen. Momenteel zijn er zeven projecten in negen landen waarbij Grauwe Ganzen op deze wijze gemerkt zijn (Madsen 1991). Door een toenemend aantal waarnemers is het aantal aflezingen per geringde gans in de loop der jaren sterk toegenomen (Nordic Greylag Goose Working Group 1988). De Grauwe Gans kan in Nederland het gehele jaar door in sterk wisselende aantallen worden waargenomen. De hoogste aantallen zijn aanwezig tijdens de doortrek van en naar de broedgebieden (Dubbeldam 1978). In de zomer komen grote aillltallen Grauwe Ganzen naar Nederland om hier de slagpenrui door te maken. Momenteel vormen de Oostvaardersplassen het belangrijkste, bekende ruigebied (Zijlstra et al. 1991). Ook als broedvogel heeft de Grauwe Gans zich weer spontaan in Nederland gevestigd (Dubbeldam 1978, van den Bergh 1991), terwijl vooral in ZW-Nederland, en dan met name in het Verdronken Land van Saeftinghe, steeds grotere aantallen Grauwe Ganzen overwinteren (Castelijns et al. 1992). Aan de hand van waarnemingen van met halsbanden gemerkte Grauwe Ganzen in drie belangrijke pleisterplaatsen: Dollard (indusief het Duitse deel), Lauwersmeer en Flevoland, wordt in dit artikel de trek van de verschillende, herkenbare populaties door Nederland beschreven. Grauwe Gans Anser anser

[gratis pdf] [english summary]



limosa 66.3 1993
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster