LOK CM & BAKKER L (1988) Seizoengebonden terreinkeuze van Aalscholver Phalacrocorax carbo op Voorne. LIMOSA 61 (1): 7-12.
Aalscholver Phalacrocorax carbo Sinds 1970 vertoont de Aalscholver in Nederland een spectaculaire groei, lOwel in aantal broedvogels als in aantal kolonies (Rooth 1985). Ook in ZW-Nederland werden kolonies gevestigd, onder meer bij het Brede Water op Voorne (Bakker & Lok 1985) en in Meijendel bij Den Haag (Vogelwerkgroep Meijendel 1987). Hoewel de Aalscholvers in het eerstgenoemde gebied ongestoord kunnen broeden, leek hun positie vanwege de keuze van de foerageergebieden toch enigszins kwets-' baar. In enkele van deze gebieden wordt namelijk in het broedseizoen intensief gerecreeerd, terwijl in andere gevaar voor vervuiling bestaat. Weliswaar is met betrekking tot vervuiling de situatie duidelijk verbeterd, doordat de kwaliteit van het Rijnwater is vooruitgegaan (van der Veen 1985), maar de vervuilingsgraad is nog steeds hoog en calamiteiten waarbij chemicalien of olie kunnen vrijkomen, behoren nog steeds tot de reele mogelijkheden. Zo zijn de afgelopenjaren bij verschillende gelegenheden in enkele havens in Europoort honderden Meerkoeten Fulica atra, eenden en ook enige Aalscholvers door olieverontreiniging omgekomen. Om meer inzicht te verkrijgen in de positie van de Voornse Aalscholvers werd onderzocht welke van de voedselgebieden belangrijk zijn. In samenhang hiermede werd het broedsucces bepaald als een indicatie voor de kwaliteit van de levensomstandigheden. Dit leek met name interessant, omdat de Aalscholver destijds waarschijnlijk door waterverontreiniging uit ZW-Nederland is verdwenen (Coomans de Ruiter 1966) en ook de in 1978 in de Biesbosch gevestigde kolonie mogelijk door vervuiling aanvankelijk maar een beperkt succes had. Verder leek het de moeite waard, mede in verband met de wijzigingen in het Voornse kustgebied, zoals de aanleg van een baggerslibdepot op de Maasvlakte, de geschiedenis van de kolonie zo nauwkeurig mogelijk vast te leggen.
[gratis pdf] [english summary]
|