Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Norstrom R.J., Clark T.P., Kearney J.P. & Gilman A.P. (1986) Herring gull energy requirements and body constituents in the Great Lakes. ARDEA 74 (1): 1-23
Op grond van eigen waarnemingen, literatuurgegevens en een aantal recente theoriedn, wordt in dit artikel een poging ondernomen om een boekhouding op te stellen van de jaarlijkse energiehuishouding van de Zilvermeeuw. Het totale jaarbudget bedraagt ruim 9 x 104 kcal voor een wijfje (juveniel of adult) met een gemiddeld gewicht van 1039 g. Voor een schatting van de energiebehoefte voor opbouw zijn de kosten van voortplanting, groei, vetopslag en rui afzonderlijk onderzocht. Eileg kost 678 kcal, waarvan bijna driekwart in de eieren wordt opgeslagen. Drie a vier dagen voor de eileg is de energiebehoefte voor de voortplanting het hoogste: 65 kcal per dag. Dit betekent dat het normale dagbudget met ruim 20% verhoogd wordt. De kosten van vetopslag bedragen 5% van het jaarlijkse energiebudget van juveniele wijfjes en slechts 1% van dat van adulten. De kosten van rui worden geschat op ten hoogste 5 kcal per dag. De totale kosten bedragen minder dan 1% van het jaarbudget. De energiebehoefte voor onderhoud kan worden weergegeven als functie van lichaamsgewicht, omgevingstemperatuur en daglengte. Een nieuwe formule, ontstaan uit een aanpassing van twee vergelijkingen van Kendeigh et al. (1977), wordt sterk gesteund door experimentele gegevens van Zilvermeeuwen gedurende de eerste 100 dagen van hun leven. Voor een schatting van de energiebehoefte voor activiteit zijn de kosten van voedselzoeken, broeden en migratie verder onderzocht. Voorts zijn hierbij de baten betrokken voor het wijfje van het gevoerd worden tijdens de balts. Wanneer de vliegkosten op 20 kcal per uur worden gesteld, zullen twee ouders, die samen drie jongen grootbrengen, elk ongeveer 100 kcal per dag extra aan voedselzoeken moeten uitgeven. De dieren komen hierdoor zeer dicht bij een maximaal mogelijke inspanning. De totale kosten voor het voeren van de jongen bedragen bijna 6 x 103 kcal per adult. Dat is ongeveer 6% van het jaarbudget. Voeren tijdens de balts levert voor het wijfje een winst op die de energiebehoefte voor haar ruststofwisseling bij benadering kan dekken. Migratie tenslotte, kost voor de adulte Zilvermeeuwen van de grote Canadese Meren maximaal 106 kcal in de maand maart. Voor juveniele wijfjes zijn deze maximale kosten aanzienlijk hoger, namelijk 371 kcal in de maand januari.


[close window] [previous abstract] [next abstract]